Schenk hen weer hoop en moed en krachten,
nu 't voor hun oog verduisterd is.
Met in hun hart 't waarom, de vragen,
maar bovenal 't schrijnend gemis.
Heer zij die nu gebonden zitten,
in schaduw van de bitt're dood.
Voor hen Heer stijgen onze beden,
tot U omhoog voor hen in nood.

Schenk hen weer uitzicht deze dagen,
door pijn om wat is weggesnoeid.
Verlies, zo moeilijk Heer te dragen,
wat hart en zinnen heeft geboeid.
Heer, hef toch op hun moede harten,
hun wezen door verslagenheid.
Wees hen nabij Heer in hun smarten,
tot luisteren en tot troost bereid.

In 't leed wat haast geen mens kan dragen,
wat om verlichting vraagt van 't kruis.
Spreek dan dit woord tot hen die klagen,
"Veilig droeg Ik dit kind naar huis".
Ik zal Uw tranen doen bewaren,
tot u eens komt in 't hemelsland.
In Mijn albastenkruik vergaren,
schenkend als parels uit Mijn hand.
Ter nagedachtenis aan Jesse
Justus A. van Tricht
 

You have no rights to post comments