Eens zal voor ons de morgen dagen,
waarop Gods toekomst blij verschijnt.
En 't boze kwaad zal zijn verslagen,
als God ons met Zijn heil omlijnt.
Dan wordt de wereld nieuw, herschapen,
verrijzen doden uit het graf.
Dan laat God ons Zijn schatten rapen,
want niemand neemt ons die meer af.


Dan is de mens niet meer gebonden,
als Gods bazuin het Godsrijk meldt,
Wordt vrijgesproken van de zonden,
door Jezus als God 't oordeel velt.
Dan gaan wij op in grote scharen,
aan d' hand van Christus tot het licht.
Wat onze ogen doen ontwaren,
wanneer het Godsrijk wordt gesticht.


Die goede tijd zal eenmaal komen,
die door ons hoopvol wordt verwacht.
De dag dat Christus al de vromen,
vergaard die zijn van Gods geslacht.
Al wie Gods kinderen zullen heten,
zij mogen 't Godsrijk binnengaan.
Want God Hij zal hen niet vergeten,
wanneer Zijn koninkrijk breekt aan.
Justus A. van Tricht


16 mei 2006

You have no rights to post comments